De regionale overheid van Murcia moet 160 miljoen euro betalen aan bouwgigant Sacyr vanwege het problematische Corvera Airport-project. Dit is een nieuwe wending in een van de beruchtste infrastructuurrampen van Spanje.
De opening was oorspronkelijk gepland voor 2012, maar de internationale luchthaven van Murcia verwelkomde pas in januari 2019 de eerste passagiers – 16 jaar nadat het project door de staat was uitgeroepen tot 'algemeen belang'. Jaren van vertragingen, financieel wanbeheer en juridische geschillen zorgden ervoor dat de luchthaven onvoltooid bleef en de regio met enorme kosten werd geconfronteerd.
De handelsrechtbank van Madrid oordeelde in het voordeel van Sacyr en eiste dat de regionale overheid € 143.7 miljoen betaalde voor investeringen die vóór de annulering van de concessie waren gedaan, plus € 17 miljoen aan rente. Het geld is afkomstig van de voormalige concessiehouder van de luchthaven, Aeromur, die een faillissementsprocedure was gestart nadat hij ongeveer € 200 miljoen aan schulden had aangegaan om de bouw te financieren.
Ironisch genoeg zou een groot deel van de € 160 miljoen kunnen terugvloeien naar de regionale overheid, die als voornaamste schuldeiser wordt aangemerkt voor meer dan 90% van de schuld van de concessie nadat het contract weer in publieke handen zou komen.
Desondanks kondigde Murcia aan in beroep te gaan, omdat de uitspraak volgens hen een schikking van € 61 miljoen van eerder dit jaar, die in het voordeel van de regio was, negeerde. Ambtenaren stellen dat Sacyr de gevolgen moet dragen van de overtredingen die de luchthaven jarenlang hebben vertraagd.
Met meerdere beroepen en lopende rechtszaken kan de uiteindelijke afrekening over wie wat verschuldigd is – en wie uiteindelijk betaalt – jaren duren. Ondertussen blijft Corvera Airport een waarschuwend verhaal over ambitie, wanbeheer en de hoge kosten van mislukte infrastructuur.
